Lucas 1: 67-79 Zacharias
Zacharias, hij was met stomheid geslagen. Kon alleen nog maar communiceren middels een tablet. Niet zo één als wij kennen, maar een wat oudere versie, een bordje met een krijtje. Een engel was bij hem op bezoek geweest in de tempel en had hem gezegd dat hij en zijn vrouw Elisabeth op hun hoge leeftijd nog een zoon zouden krijgen. Hij had getwijfeld aan de woorden en gezegd: Hoe kan ik weten of het waar is wat je zegt. En laten we eerlijk zijn, zo'n rare vraag was dat nou toch ook weer niet. Probeer je zijn situatie eens voor te stellen. Je leven lang verlang je naar een kind en gebeurt er niets. Je blijft kinderloos. En dan ineens komt er iemand die jou zegt dat jij en je vrouw op je hoge leeftijd nog een kind krijgen. Sara, de vrouw van Abraham, moest er destijds hartelijk om lachten, toen zij en Abraham op hun hoge leeftijd hetzelfde te horen kregen. Ik vind het in die situatie ook een hele normale vraag die Zacharias aan de engel stelt: hoe moet ik weten of dat waar is? Kun je je legitimeren? En vervolgens kan hij zich zo'n negen maanden niet meer uiten. Stel je toch eens voor. Dat elke keer als je twijfelt, of vragen stelt bij je geloof, God je met stomheid slaat. Dan zou het misschien wel heel stil zijn in de kerk.